Dit blijkt uit twee op 29 maart jl. gepubliceerde onderzoeken die advies- en accountantskantoor PwC uitvoerde in opdracht van het ministerie van Financiën.
De ‘zwarte lijst’ van de FSV, waar eigenlijk alleen echte fraudeurs thuishoren, staat nu dus ook vol met onschuldige burgers.
Omdat de Belastingdienst onmogelijk alle 12 miljoen definitieve belastingaangiften per jaar kan controleren, hebben analisten van de Belastingdienst een systeem gemaakt voor ‘detectie aan de poort’. Dit levert jaarlijks ca. 20.000 aangiftes op waarbij een vermoeden bestaat van fraude.
In de handleidingen voor deze ‘detectie aan de poort’ zijn ‘beslisregels’ vastgelegd. In de handleiding die tussen 2014 en 2019 werd gebruikt, staat dat ook persoonlijke kenmerken als nationaliteit en leeftijd aanleiding kunnen zijn voor zo’n controle op fraude. En het blijkt nog verder te gaan: de handleiding spreekt ook over frauderisico’s die ingeschat kunnen worden via “met persoonlijke kenmerken samenhangende fiscale factoren”. Hierdoor kon je dus ook door bijvoorbeeld een gift aan een moskee op de FSV-lijst terechtgekomen.
De Belastingdienst werkt ook met een zogeheten daderprofiel voor ‘detectie aan de poort’. Volgens PwC ziet dit profiel er als volgt uit: “Laag inkomen volgens de contra-informatie, (boven)modaal loon volgens aangifte, doorgaans jong (18-35), vaak geen fiscale partner, veelal man en vaak van buitenlandse komaf”. De Belastingdienst verstaat onder contra-informatie alle informatie die de Belastingdienst van derde partijen over een burger weet te verzamelen.
Lees ook deze artikelen over Toeslagenaffaire
Wat willen wij? Gerechtigheid!
Zeker 30.